Ga naar de inhoud van deze pagina.
Begroting 2026 Begroting 2026

Financiële foto

Financieel overzicht 2026 - 2029

Hieronder treft u de financiële foto aan van deze begroting. De financiële foto is gebaseerd op de primitieve begroting 2026 én de mutaties vanuit de eerste begrotingswijziging 2026.

De mutaties ná de Kadernota 2026 en de meicirculaire 2025, alsmede de mutaties vanuit de eerste begrotingswijziging 2026 worden onder de tabel toegelicht.

In de tabel wordt het geprognosticeerde begrotingssaldo 2026-2029 weergegeven. Ten opzichte van de begroting 2025-2028 is het investeringsvolume in de jaren 2026-2029 met € 34 miljoen toegenomen tot € 114 miljoen. Dit leidt tot extra structurele kapitaallasten, die grotendeels nog niet zijn voorzien van structurele dekking. Dit geldt vooral voor investeringen waarvan de realisatie de komende periode wordt gestart maar de kapitaallasten vanaf 2030 of 2031, dus na het tijdvak van de begroting 2026-2029, gaan lopen.

De begroting (ná de 1e begrotingswijziging) laat hieronder voor het jaar 2026 én de jaren erna een positief structureel saldo zien.

Financiële foto

(in euro's afgerond op duizendtallen) -/- = nadelig

Omschrijving 2026 2027 2028 2029

Saldo inclusief nieuw beleid Kadernota 2026

-2.323.000

-2.026.000

-5.421.000

-6.076.000

Gevolgen meicirculaire 2025

1.320.000

1.153.000

1.104.000

1.145.000

Saldo inclusief gevolgen meicirculaire 2025 (RIB PU25-00981)

-1.003.000

-873.000

-4.317.000

-4.931.000

Mutaties:

Mutatie loon- en prijsstijging

300.000

446.000

10.000

-160.000

Mutatie kapitaallasten

-40.000

-105.000

45.000

45.000

Mutatie opbrengsten OZB

288.000

304.000

334.000

1.384.000

Mutatie rentelasten

0

-300.000

150.000

-450.000

Projecten Nieuwe Heide en Structuurvisie Buitengebied

337.000

0

0

0

Dekking projecten Nieuwe Heide en structuurvisie buitengebied uit reserve LIR

-337.000

0

0

0

Programma Digitaal Werken

-500.000

-500.000

0

0

Meubilair Bestwijzer

0

-8.000

-8.000

-8.000

Strategisch adviseur - staffunctie

120.000

-120.000

0

0

Overige mutaties bij uitwerking van de begroting

-260.000

-237.000

-87.000

-112.000

Totaal mutaties

-92.000

-520.000

444.000

699.000

Saldo vóór inzet van vrije algemene reserve

-1.095.000

-1.393.000

-3.873.000

-4.232.000

Inzet vrije algemene reserve

1.460.000

1.738.000

0

0

Begrotingssaldo 2026-2029 vóór 1e begrotingswijziging 2026

365.000

345.000

-3.873.000

-4.232.000

Mutaties 1e begrotingswijziging 2026:

Effect mutatie gemeentefonds septembercirculaire 2025

Mutaties volume accres en LPO accres

-133.000

-177.000

-217.000

-264.000

Mutaties ontwikkelingen uitkeringsbasis

205.000

121.000

117.000

121.000

Taakmutaties

68.000

51.000

49.000

50.000

Mutaties decentralisatie- en integratie-uitkeringen

1.070.000

97.000

35.000

27.000

Totaal mutaties algemene uitkering incl. decentralisatie- en integratieuitkeringen

1.210.000

92.000

-16.000

-66.000

Oormerken taakmutaties

-34.000

-16.000

-17.000

-18.000

Oormerken mutaties decentralisatie- en integratie-uitkeringen

-1.067.000

-97.000

-35.000

-27.000

Totaal mutaties lasten

-1.101.000

-113.000

-52.000

-45.000

Gevolgen 1e begrotingswijziging 2026

109.000

-21.000

-68.000

-111.000

Begrotingssaldo 2026-2029 ná gevolgen septembercirculaire 2025

474.000

324.000

-3.941.000

-4.343.000






Mutaties 1e begrotingswijziging 2026 (deel II):





Effect bijstelling i.v.m. structureel sluitende meerjarenbegroting










Inzet Var incidentele budgetten

0

0

1.868.000

1.793.000

Investeringen met kapitaalslasten nieuw beleid

0

183.000

1.043.000

1.293.000

Investeringen met kapitaalslasten bestaand beleid

0

0

0

105.000

Beoogde investeringen die nog niet zijn vertaald in de begroting

pm

pm

pm

pm

Inzet 10% surplus vanuit de vrije algemene reserve

0

0

1.500.000

1.500.000

Baten en lasten in balans binnen het Sociaal Domein

0

0

1.500.000

1.500.000

Bijstelling rentelasten iv.m. bijgestelde investeringsvolume

0

0

350.000

350.000

Totaal effect bijstelling i.v.m. structureel sluitende meerjarenbegroting

0

183.000

6.261.000

6.541.000






Begrotingssaldo 2026-2029 inclusief 1e begrotingswijziging 2026

474.000

507.000

2.320.000

2.198.000






Toelichting op mutaties ná Kadernota 2026

Ten tijde van de Kadernota moesten de loonkosten vanwege nieuwe cao-afspraken nog worden doorgerekend. In de begroting 2026 is de ontwikkeling van de loonkosten doorgerekend. Vanaf 2026 is op basis van de doorrekening sprake van lagere loonkosten dan eerder geraamd mede in relatie tot een lagere loonindexatie ten opzichte van de eerder vastgestelde meerjarenbegroting 2025-2028. Daarnaast is er sprake van een mutatie in prijsstijging.

Kapitaallasten worden met name beïnvloed door nieuw beleid en actualisatie van investeringen via begrotingswijzigingen, het doorschuiven van investeringen naar een later tijdstip en het afsluiten van investeringskredieten bij vaststelling van de jaarrekening.

Op basis van een doorrekening in de begroting 2026 van de OZB-opbrengsten worden extra opbrengsten verwacht ten opzichte van de Kadernota 2026. Voor de jaren 2026 tot en met 2028 wordt het verschil met de Kadernota 2026 verklaart door het ondernemersfonds. De stijging in 2029 wordt veroorzaakt door een combinatie van tariefsverhoging, indexering en ondernemersfonds.

In de financiële foto bij de Kadernota 2026 was een globale inschatting op het renteresultaat berekend. Bij de uitwerking van de begroting 2026 e.v. is de financieringsbehoefte, mede in relatie tot de nieuwe investeringen, in kaart gebracht. Dit heeft geleid tot een aanpassing in de rentelasten ten opzichte van de bij de Kadernota berekende rentelasten.

De gemeente heeft een periodieke verantwoordingsplicht aan de provincie over de besteding van gelden uit de Reserve Landschapsinvesteringsregeling (reserve LIR) aan fysieke kwaliteitsverbetering/groene projecten in het buitengebied. In 2026 worden meerdere projecten uit de Ontwikkelingsvisie Nieuwe Heide en op grond van de Structuurvisie Buitengebied uitgevoerd.

Het Programma Digitaal Werken faciliteert de digitale transformatie die vereist is voor het optimaliseren van de gemeentelijke (digitale) dienstverlening binnen de wettelijke kaders en het versterken van de digitale weerbaarheid. Voor zowel 2026 als 2027 is een budget van
€ 500.000 opgenomen. Met het oog op de geplande fusie, vindt hierover afstemming plaats met de gemeente Oirschot. Naarmate het proces vordert, worden de (nog) te maken (strategische) keuzes en de hieruit voortvloeiende financiële consequenties nader uitgewerkt en ter besluitvorming voorgelegd.

In het kader van het project herinrichting Bestwijzer is geïnventariseerd welk meubilair aan vervanging toe is. Het huidige meubilair heeft een leeftijd van 18 jaar, is volledig afgeschreven en voldoet niet meer aan de gestelde eisen. Voor de vervanging is in de begroting voor 2026 een investeringsbedrag van € 125.000 opgenomen. De voorgenomen investering leidt vanaf 2027 tot een jaarlijkse afschrijvingslast van € 8.333.

Inzet vrije algemene reserve

Bij het vaststellen van de Kadernota 2026 heeft u een amendement ingediend om financiële instrumenten in te zetten om de begroting 2026 sluitend te maken. Hierin is de optie geopperd om incidentele budgetaanvragen te dekken uit de vrije algemene reserve. Bij de uitwerking van de begroting is een aantal incidentele budgetten gedekt door de vrije algemene reserve.

Toelichting op mutaties 1e begrotingswijziging 2026

Het eerste deel van de mutaties in de eerste begrotingswijziging 2026 vloeien voort uit de septembercirculaire 2025 van het gemeentefonds. Op 16 september 2025 is deze septembercirculaire verschenen. De circulaire bevat de geactualiseerde ramingen van de algemene uitkering, integratie-uitkeringen en decentralisatie-uitkeringen uit het gemeentefonds voor de jaren 2025 en verder.

In de septembercirculaire 2025 is een nieuwe raming voor de accres 2026 en verder opgenomen. Zowel de raming van het volumeaccres als de raming van het prijsaccres is voor de jaren 2026 tot en met 2029 neerwaarts bijgesteld ten opzichte van de situatie in de meicirculaire 2025.

Onder de taakmutaties is onder meer een meerjarige vergoeding opgenomen voor Wet integrale suïcidepreventie, implementatie Participatiewet in balans en loon- en prijsbijstelling middelen jeugdhulp.

De mutaties decentralisatie- en integratie-uitkeringen hebben betrekking op de versterking van omgevingsveiligheidsdiensten voor de jaren 2026 tot en met 2028, Capaciteit decentrale overheden klimaat- en energiebeleid (CDOKE) voor 2026, Overheidsbrede Dienstverlening voor de jaren 2026 tot en met 2029 en de vergoeding voor het onderdeel Beschut werk en sociale infrastructuur voor de jaren 2026 tot en met 2029.

Het tweede deel van de 1e begrotingswijziging 2026 bevatten een aantal extra aanpassingen ten opzichte van de primitieve begroting. De reden hiervoor is dat vanaf 2 december 2025 de Wet Ahri van toepassing is op de gemeente Best en dit betekent een wijziging van het toezicht door de provincie. Het is hier van belang om een structureel sluitende begroting als uitgangspunt voor de toezicht te hebben. Dat betekent dat er keuzes gemaakt moeten worden. De extra aanpassingen zijn als volgt:

  • extra inzet van de vrije algemene reserve van € 3,7 miljoen voor incidentele uitgaven 2028-2029;
  • terugdraaien van reeds toegekende budgetten en deze opnieuw aan u voor te leggen met de voorwaarde dat er sprake is van een reële structurele dekking;
  • extra inzet van de vrije algemene reserve van € 1,5 miljoen door het surplus van deze reserve in te kunnen zetten als structureel dekkingsmiddel voor de jaren 2028 en 2029;
  • opnemen van een ombuigingsopgave vanuit de Hervormingsagenda Jeugdzorg vanaf 2028 voor de jeugdmiddelen met een bedrag van € 1,5 miljoen per jaar;
  • bijstelling rentelasten in verband met bijgesteld investeringsvolume.

Verloop vrije algemene reserve

In onderstaande tabel is het verloop van de vrije algemene reserve grafisch weergegeven over de periode van 2023-2029. De mutaties zijn gebaseerd op uw besluitvorming. Dit betekent dat verwachte jaarresultaten 2025 - 2029 én de mutaties uit de 1e begrotingswijziging 2026 hier nog niet in zijn verwerkt.

VRIJE ALGEMENE RESERVE (PER 31-12)

Jaartal Vrije algemene reserve (x € 1.000)



2023

      32.131

2024

      29.203

2025

      31.255

2026

      29.323

2027

      27.203

2028

      27.204

2029

      27.205


In de bijlage is een nadere specificatie opgenomen van de vrije algemene reserve. Ook verwijzen wij u naar de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.